31 Pasgeborene die één arm minder beweegt
- Inleiding
- Leerdoelen
- Erbparese
- Klumpkeparese
- Totale verlamming van de arm
- Kennistoets
31 Pasgeborene die één arm minder beweegt
31 Pasgeborene die één arm minder beweegt
- Inleiding
- Leerdoelen
- Erbparese
- Klumpkeparese
- Totale verlamming van de arm
- Kennistoets
Inleiding
Bij een verlamming aan één arm is er vaak een zenuwletsel. De innervatie van de arm en handspieren loopt via de plexus brachialis. Deze ligt onder de clavicula (figuur 1). Bij de geboorte kan deze plexus beschadigd raken: er kan een zwelling optreden, vooral als de clavicula gebroken is. Ook kan een deel van de zenuwen losscheuren van het ruggenmerg. Dergelijke beschadigingen treden vooral op bij macrosome kinderen en na stuitbevallingen. Beschadigingen van deze zenuwen leiden tot verlamming van de arm. Hierin zijn drie vormen te onderscheiden: erbparese, klumpkeparese en totale verlamming van de arm.
Leerdoelen
• Een claviculafractuur herstelt spontaan binnen een week.
• Voor het beoordelen van de armfunctie is uitlokken van de mororeflex zinvol. Doe dit niet in de eerste levensweek vanwege de kans dat een aanwezige claviculafractuur pijn doet.
• Beoordeel het kind na 1 week en 1 maand. Maak een filmpje van de mororeflex bij elk bezoek.